Leven in het nu, zo doe je dat

17 dec ‘20
4 min
Redactie OpenUp

Hoe vaak doe je iets met je volledige aandacht? Die vraag is voor velen best lastig te beantwoorden. De hele dag zijn er prikkels om ons heen die voor afleiding zorgen. Van collega’s of huisgenoten tot onze inbox of sociale media. De hoeveelheid prikkels die we tegenwoordig krijgen, zorgen ervoor dat we de hele tijd ‘aan’ staan.

 

Daardoor heb je misschien behoefte aan wat rust, maar dat zoeken we soms op de verkeerde manier. Ben je moe na een werkdag, dan plof je op de bank met je telefoon in de hand en de tv aan. Maar dat is niet altijd ontspannend, aldus Zoila. “Het kan ook intensief zijn om een serie of film te kijken, dit zijn wederom prikkels die je moet verwerken.”

Een goede remedie tegen al die prikkels, is om even niets te doen. Maar dat is moeilijk. “Soms zijn mensen bang voor niets doen, omdat ze mogelijk worden geconfronteerd met gedachten die in hun hoofd zitten. Daardoor blijven ze bezig, als afleiding.”

Over- of onderprikkeld

Als het niet goed lukt om alle prikkels van de dag te verwerken kan je twee verschillende staten ervaren; overprikkeling of onderprikkeling. Ben je overprikkeld, dan uit zich dat vaak naar de buitenwereld. Je bent bijvoorbeeld snel geïrriteerd of gefrustreerd, je kan slecht stilzitten. Je omgeving zal dit aan je merken. Je kan ook onderprikkeld zijn, waardoor je je juist moe, emotioneel of vlak voelt, en geen zin hebt om te praten.

“Het is dus goed om naar jezelf te kijken, hoe voel je je eigenlijk? Daar mogen we veel alerter op zijn, want het zijn tekenen van ons lijf”, aldus Zoila. We zijn vaak geneigd om gewoon door te blijven gaan, en een gevoel mogelijk wat te onderdrukken. “Met een oefening kan je beter opmerken hoe je je voelt, wat er speelt in je lijf. Je checkt even in om te kijken hoe het gaat.”

Oefening voor je brein

De term mindfulness was de afgelopen jaren overal te horen, waardoor velen er sceptisch op reageren. “Maar mindfulness, wij noemen het ook wel aandachtstraining, kan een mooie tussenstap zijn tussen helemaal niets doen en even een prikkelvrij moment hebben”, legt Zoila uit. “Het is een oefening voor je brein, een relaxmoment. Je brein is zo gewend aan het zoeken van afleiding, aan bezig zijn met andere dingen en op nieuwe dingen focussen. Daarom is een aandachtstraining in het begin ook best hard werken.”

Begin je bijvoorbeeld met een oefening waarvoor je je vijf minuten op je ademhaling moet focussen, dan merk je dat het best lastig is om je gedachten uit te zetten, om niet aan je boodschappenlijstje te denken. “Maar als je er eenmaal wat beter in wordt, en de oefening onder de knie hebt, dan voel je wat het effect is.”

Handvatten en technieken

“Er zijn allerlei oefeningen en technieken toe te passen. Je kunt daarom het beste zelf uitzoeken wat jij prettig vindt en wat bij je past. Er zijn ademhalingsoefeningen, maar ook oefeningen om je aandacht te verleggen.”

Je kunt er samen met een OpenUp-psycholoog aan werken, in ieder geval in het begin. Zo heb je niet alleen een stok achter de deur, maar krijg je ook wat hulp bij hoe je de oefeningen moet doen. “In een gesprek met een psycholoog kan je ook meteen stilstaan bij wat je wel en niet prettig vindt, en afspreken op welk moment van de dag je de oefening het beste kan doen. Het is kan soms lastig zijn om iets nieuws vol te houden.” Op termijn kan je dan zelf aan de slag met de makkelijkere oefeningen.

Zoila heeft twee tips voor mensen die moeite hebben met het vinden van rustmomenten.

Tip 1: “Een hele makkelijke manier om even een rustmoment te pakken is om je zintuigen te gebruiken. Uiteraard zonder je telefoon erbij. Heb je pauze op je werk of is het lunchtijd thuis? Probeer je dan even te focussen op je lunch, kijk rond en zie wat er om je heen gebeurt. Wat ruik je, wat proef je, wat ervaar je?” Zo verleg je je focus even kort.

Tip 2: Focus je op je ademhaling. “Probeer eens uit de vinden waar je ademhaling zit. Bij stress zit deze vaak wat hoger, in de borst. Dat is niet erg, maar vaak wel een teken dat je wat onrustig bent.” Pak daarom een moment om je even alleen op je ademhaling te richten, en probeer deze als nodig wat naar beneden te krijgen door rustig in en uit te ademen. “Het is niet erg als dat niet lukt, het proberen is al zinvol.”